100 dagen in dienst: Tamara

In de rubriek 100 dagen interviewen we collega’s die 100 dagen in dienst zijn. We vragen ze naar hun ervaringen. Wat vind je leuk, wat valt je op en wat gaat goed en wat kan beter? Vandaag is het de beurt aan Tamara Westerhuis. Ze is opgeleid als verpleegkundige, maar is ook gediplomeerd dierenarts-assistent. Na een baan als jeugdverpleegkundige, assistent bij een dierenarts en begeleider op een zorgboerderij kwam ze terecht bij dagcentrum Westwijk. 

Tamara: “Werken in een ziekenhuis of in een praktijk, het is altijd volgens afspraak. Tien minuten voor de een, tien minuten voor de ander en dat de hele dag door. Ik merkte dat ik meer tijd wilde hebben om mijn ding te doen. Na de zorgboerderij kwam ik bij Westwijk terecht en daar klopte opeens alles wel. Fijne collega’s en tijd. Tijd om met cliënten iets goeds van hun leven te maken.

Vrolijke mensen

Ik ben nu begeleider op een variatiegroep van het dagcentrum. En gevarieerd zijn ze! De één kan wat meer dan de ander. Sommigen moeten gestimuleerd worden, maar allemaal zijn het vrolijke mensen. Hun gevoel voor humor past goed bij mij. Ik ben zorgzaam van aard en dat kan ik hier ook kwijt. Er zijn veel dingen die ze niet zelf kunnen. Ik zorg, maar stimuleer ze daarbij wel om zoveel mogelijk zelf te doen.

Zoeken naar evenwicht

We gaan wandelen, fietsen, dansen, zingen, kortom een gevarieerd dagprogramma. Het is de kunst om de rust te creëren om een activiteit goed te doen en tegelijkertijd de cliënten daarvoor te enthousiasmeren. Soms is het een beetje zoeken naar evenwicht maar ik kan me echt goed in die rol vinden. Ook de communicatie is een mooie uitdaging. Een cliënt gebruikt bijvoorbeeld gebarentaal. Ik zie wat hij me vertelt. Herhaal dat verbaal en hij antwoord weer met gebaren. Het is mooi om op deze manier goed te begrijpen wat er in hem omgaat, wat hij wel en niet wil.

Nieuwsgierig

Wat ik meebreng? Ik hoop spontaniteit en nieuwsgierigheid. Ik wil graag meer weten en ben dan ook blij met het cursusaanbod. Ik begin binnenkort met de ‘Driehoek’ cursus over het samenwerken met ouders en ben benieuwd wat ik daarvan kan toepassen in de praktijk. Ik wil ook leren werken met de LACCS methode. Daar kijk je naar verschillende aandachtsgebieden; lichamelijk welzijn, alertheid, contact, communicatie en stimulerende tijdsbesteding. Het is een mooi handvat om per gebied te kijken hoe je een cliënt kan ondersteunen. Bij dat lichamelijk welzijn hoort bijvoorbeeld veel beweging. Soms begint dat klein met een fietsbeweging vanuit een stoel voor een beeldscherm. Maar ondertussen ziet de cliënt zich op dat beeldscherm wel door Amsterdam fietsen, hoe mooi is dat…
Doorleren dus en veel informatie verzamelen die het werk interessanter en leuker maakt. Ik kan nog wel even vooruit!”